Jaarplan 2024

De Nederlandse tuinbouw laat grote kansen liggen op het gebied van vertical farming. Daarom is het belangrijk dat gestart wordt met de creatie van een ecosysteem. Dat was de conclusie van de eerste kennissessie voor partners van het Innovatiepact van Greenport West-Holland op 18 december bij Duijvestijn Tomaten. 

De bijeenkomst startte met een toelichting van Woody Maijers (programmaregisseur Greenport West-Holland) over het Innovatiepact. Samengevat: met het Innovatiepact werken ondernemers, overheden en kennisinstellingen aan doorbraakinnovaties. Dat kan niet zonder ecosysteem, zodat kan worden samengewerkt op het gebied van doorbraakinnovaties. Dat doet het Innovatiepact op een aantal thema’s, waaronder Vertical Farming.

Vertical Farming is een interessante ontwikkeling, maar volgens veel ondernemers “niet rond te rekenen, terwijl je juist dat soort initiatieven moet omarmen”, constateerde ook gastheer Ted Duijvestijn van Duijvestijn Tomaten in Pijnacker, dat zelf wél sinds 2018 actief is met vertical farming. “Geen enkele innovatie is in het begin rond te rekenen”, vertelde een van de aanwezigen.

Vooral jongeren zijn geïnteresseerd in ontwikkelingen die de een relatie hebben met de Sustainable Development Goals. Een extra reden voor de Nederlandse tuinbouw om vertical farming te omarmen, zo vonden alle aanwezigen. Daarom werd dan ook besloten dat tijdens de volgende bijeenkomst van het Innovatiepact alle aanwezigen een jongere meenemen.

Internationale profilering

Anne-Claire van Altvorst (InnovationQuarter) schetste de kansen van vertical farming voor de tuinbouw, en wat ervoor nodig is om door te breken. “Het is een andere technologie, en dus een andere manier van samenwerken.” Zo moet gewerkt worden aan internationale profilering, onder meer met lobby, een loket, events en andere communicatie. En belangrijk: binnenkort start het fieldlab Vertical Farming, met een bundeling van onderzoek, ondernemen en educatie, mede-gefinancierd door Kansen voor West.

De internationale community op het gebied van vertical farming is al voor een deel gebundeld in de Farmtech Society, vertelde Gus van der Feltz van deze jonge brancheorganisatie. Hij juicht de ontwikkelingen binnen het Innovatiepact toe. Dat deed ook Hanneke van Nistelrooij van Provincie Zuid-Holland: initiatieven als op het gebied van vertical farming zijn voor de provincie zeer relevant, omdat ze gedragen worden door de gehele triple helix.

Andere bril

Jan-Willem Donkers van Inholland gaf aan hoe het onderwijs inspeelt op de ontwikkelingen. “Slimme jongens en meiden moet je zo dicht mogelijk bij de praktijk opleiden.” Bovendien is juist een onderwerp als vertical farming geschikt voor het maken van cross-overs binnen het onderwijs.

Bij Wageningen UR in Bleiswijk wordt momenteel gewerkt aan een vertical farming-installatie, met meerdere teeltruimtes, vertelde Eric Poot van WUR. Tegelijk is WUR actief met autonoom telen en telen op afstand: deze ontwikkelingen kunnen elkaar versterken en verder helpen.

Ted Duijvestijn besloot de bijeenkomst. “Wat belangrijk is voor de tuinbouw, is dat niet alleen gekeken wordt naar economische verdienmodellen, maar ook naar het maatschappelijke verdienmodel.” En, zo vertelde hij het gezelschap, niet alles wat in het verleden gebeurde is slecht en nutteloos: “Door olieboringen in deze regio is veel informatie bekend over de bodemlagen, en die informatie kunnen wij weer gebruiken voor geothermie. Dus kijk naar alles wat je al eens gedaan hebt met een andere bril.” 



Pin It on Pinterest