Greenport Horti Campus

Een weblog van Jolanda Heistek, exclusief geschreven voor Goedemorgen.

Vorig najaar reed een bont gezelschap tussen de Westlandse kassen. De eerste editie van de Solex Groente Tour, georganiseerd door Greenport West-Holland. Studenten van verschillende opleidingen (zoals Voeding & Diëtiek, Rechten en Luchtvaarttechniek) en uit het hele land (van Utrecht tot Maastricht) werden opgepikt bij Delft CS, in De Lier op een solex gezet en langs Tomatoworld en WestlandPeppers gestuurd. In het diepe gegooid, zeg maar, in dit geval in de gezonde en kleurrijke wereld van de Greenport. Daar leerden ze ambachtelijke tomatensoep maken en deden de Pepper Challenge.

Waarom? De aanleiding was de vierde editie van Dutch Agri Food Week, de serie landelijke evenementen op het gebied van verse producten en voeding, waarvan de Greenport mede-initiatiefnemer is. We wilden met de Solex Groente Tour eens een andere doelgroep aanspreken. Studenten dus, en dan bij voorkeur studenten vanuit andere delen van het land en ‘andere’ studies. Zij bepalen voor een deel hoe de wereld van morgen eruitziet, en dus ook hoe we bijvoorbeeld omgaan met gezonde en duurzame voeding.

De Solex Groente Tour was een succes. Daarom is er dit jaar de tweede editie, op 9 oktober. Verschil met vorig jaar: Dutch Agri Food Week heet inmiddels Dutch Food Week. Het woord ‘agri’ bleek in de communicatie niet altijd even handig. Bovendien is de nieuwe naam meer in lijn met bijvoorbeeld de Dutch Design Week.

Koffiedrab

Met de Dutch Food Week en bijvoorbeeld de Solex Groente Tour (maar er komen veel meer events in periode 5-16 oktober: houd onze website in de gaten) werken we aan het bewustzijn van (stedelijke) consumenten. Het bewustzijn dat voeding gezond kan zijn, en hoe, zeker als het wordt gemaakt van verse producten uit de tuinbouw. Het bewustzijn dat achter voeding vaak veel innovatie schuilgaat. Op een duurzame wijze in kassen wordt geproduceerd. En het bewustzijn dat er mooie verhalen te vertellen zijn over groenten en fruit.

Maar bewustzijn is vaak geen eenrichtingsverkeer. Want als aan de vraagkant iets moet gebeuren, dan moet ook vaak de aanbodkant bewegen. Dat geldt bijvoorbeeld voor de biobased economie. Consumenten moeten ervan overtuigd worden van onder meer het bestaan, de kwaliteit en de boodschap van – om maar een voorbeeld te noemen – oesterzwammen die groeien op koffiedrab.

Dan de kant van het aanbod. In het geval van de oesterzwammen: bedrijven met koffieafval moeten zich bewust zijn dat ze de drab kunnen verwaarden, en welke stappen ze daarvoor moeten zetten. Zo moet de koffiedrab bijvoorbeeld niet vervuild zijn met melkzakjes of theelepels, en erger nog: plastic roerstaafjes.

Tuinbouwreststromen

Koffie heeft vrij weinig met de tuinbouw te maken – afgezien van de koffiepauzes. Of de tuinbouw-netwerk-traditie ‘Bakkie doen’. Maar het idee achter de koffiedrab des te meer. De tuinbouw heeft bergen groen afval. Die stronken en stengels kunnen gebruikt worden voor bijvoorbeeld de productie van spaanplaten of van textiel. Voorwaarde is wel dat de producent van die spaanplaten of textiel weet dat hij voldoende restmateriaal ontvangt en van de goede kwaliteit.

Om dit echt van de grond te krijgen moeten tuinbouwondernemers – u bijvoorbeeld – zien wat mogelijk is met reststromen, en wat afnemers vragen. Daarom organiseert Biobased Greenport West-Holland na de zomer drie themaweken over de mogelijkheden van tuinbouwreststromen.

De eerste themaweek is al begin september (2 tot en met 6 september), en staat in het teken van bouwmaterialen. Zo is er een excursie naar het Innovatie Centrum Duurzaam Bouwen (ICDuBo) en een mini-symposium in BlueCity in Rotterdam. Meer informatie leest u op www.greenportwestholland.nl/deweekvantuinbouwreststromen.

Verdienmodel

Dit najaar werken we dus aan beide kanten – vraag en aanbod – aan het verhogen van het bewustzijn. En aan beide kanten geldt dat een goed verdienmodel een absolute voorwaarde is. Maar dat hoef ik u niet te vertellen.

Ik wens u een goede zomer.



Pin It on Pinterest