Er is niet één duurzame verpakking. Welk materiaal de beste keuze is, is vooral afhankelijk van het gebruik en het doel van de verpakking. Dat was de belangrijkste conclusie van de Inspiratiebijeenkomst Biobased en circulair verpakken op 18 oktober bij Houweling Group in Bleiswijk. De bijeenkomst was georganiseerd door Biobased Greenport West-Holland en Stichting Innovatie Glastuinbouw Nederland (SIGN).
“Hoe kunnen we verpakkingen inzetten om de wereld duurzaam en leefbaar te houden?”, vroeg wethouder Leon Hoek van Lansingerland bij de start van de Inspiratiebijeenkomst. Het antwoord werd gegeven door een aantal sprekers en door gastheer Houweling Group, dat zeer actief is met het hergebruiken van plastic verpakkingen, vertelden Fred van Beek en René Bunnik van het Bleiswijkse bedrijf. Na de inspiratiebijeenkomst was er een rondleiding langs onder meer de afdeling waar plastic wordt gerecycled.
‘Closing the material loop’
Duurzaamheid betekent niet alleen het verminderen van fossiele grondstoffen, vertelde onderzoeker Eelke Westra van WUR Food & Biobased Research. Het gaat bijvoorbeeld ook het voorkomen van voedselverspilling en om zwerfafval. Westra: “Het gaat er dus om: wat zijn de duurzame doelstellingen? Gaat het om bijvoorbeeld het beperken van de totale carbon footprint of om de hoeveelheid energie?”
Daarbij komt dat een verpakking ook een marketinginstrument is, vertelde Matthijs Plas van Modiform, een bedrijf dat onder meer trays en potten produceert. Verpakkingen zijn er in veel kleuren, en juist dat maakt recycling niet altijd even makkelijk. Het beperken van het aantal kleuren is dus een belangrijkste stap. Daarnaast gebruikt Modiform steeds vaker alternatieve materialen, zoals papierpulp, en worden steeds vaker gebruikte producten bij klanten ingezameld. Een voorbeeld van ‘Closing the material loop’, vertelde Plas.
‘Cherry picking’
Telers van de Floral Trade Group zijn juist gebruikers van verpakkingen, zoals plantenhoezen. Het handelsbedrijf zocht een manier om zowel telers als klanten te helpen met het verbeteren van hun duurzaamheid. Daarvoor ontwikkelde het een concept: Refleur. Dit concept bestaat uit een aantal onderdelen, zoals duurzaam geteelde bloemen, een duurzame verpakking en een goed doel. John Zwaan: “Met Refleur willen we onze telers en klanten uitdagen. We hopen dat ze gaan ‘cherry picken’ uit het concept.”
Wie verpakkingen hergebruikt, draagt bij aan een circulaire samenleving, vertelde dagvoorzitter Else Boutkan van Greenport West-Holland. Bijvoorbeeld plastic kan eenvoudig een tweede leven krijgen; dat materiaal is goed te recyclen. Maar voor andere materialen is dat minder eenvoudig. De vraag is: hoe kun je daarvoor een goede oplossing vinden?
Ted Duijvestijn adviseerde de aanwezigen vooral contact te zoeken met het onderwijs. De eigenaar van Duijvestijn tomaten en practor bij Lentiz onderwijs werkt bijvoorbeeld samen met een mode-opleiding: reststromen uit de tuinbouw zijn namelijk bruikbaar voor de productie van textielvezels. Duijvestijn: “Durf over je grenzen heen te kijken, durf verbinding te maken. Zo wordt de maatschappelijke druk op de tuinbouw groter, en de overheid zal dus de touwtjes strakker aantrekken. We moeten dus samen op zoek naar oplossingen. Daarvoor kunnen we goed samenwerken met het onderwijs.”
