Jaarplan 2024

Een weblog van Jolanda Heistek, exclusief geschreven voor Goedemorgen.

Weet u nog, schoolvakantie? Heerlijk zes weken – of meer – werken, vakantie, lol, genieten van het mooie weer. En tussen de bedrijven door denken aan de toekomst. Wat wordt jouw plek in de wereld van morgen, en hoe kom je daar?

De wereld van morgen verandert van dag tot dag. En dat betekent een flinke opgave voor het onderwijs. Want hoe kunnen opleidingen blijven aansluiten op de praktijk? En op welke manier verandert die praktijk? Zo is de Greenport via het programma Biobased Greenport West-Holland actief met de vraag: wat moeten werknemers van morgen weten over biobased oplossingen en circulair werken? Bij die vraag betrekken we graag ondernemers. Al te vaak horen we van ondernemers: ‘Het onderwijs sluit niet aan bij de huidige vraag’. Voortaan krijgen ze van mij de wedervraag: ‘Wat heb jij eraan gedaan dit te veranderen? Heb je bijvoorbeeld wel eens een groep leerlingen en docenten rondgeleid op je bedrijf of een uurtje voor de klas gestaan?’ Want veranderingen in het onderwijs moeten van twee kanten komen, niet van één.

Hybride leren

De toekomst van het onderwijs is niet alleen afhankelijk van de inhoud en de aansluiting bij de praktijk, maar ook om de juiste vorm. Zo wordt er – gelukkig – steeds meer gedaan aan hybride leren, dus: school en werken in de praktijk combineren.

Die beweging is zichtbaar bij het beroepsonderwijs hbo, mbo en vmbo, ook in onze regio. Kijk bijvoorbeeld naar MBO Oostland en Inholland. En ik hoop dat in de toekomst ook het voortgezet onderwijs kiest voor hybride leren. Dat hoop ik als professional in de tuinbouw én als moeder. Want ook mijn kinderen moe(s)ten op het voortgezet onderwijs een keuze voor de toekomst maken, terwijl die toekomst dagelijks veranderde. Welke banen zijn er in de toekomst, en welke vaardigheden – de 21st century skills – heb je daarvoor nodig?

Samen investeren in onderwijs

Een aantal jaar geleden was ik met een tuinbouwondernemer in Duitsland. We bezochten een toeleverancier. Die vertelde dat het middelbaar en hoger onderwijs leeg liepen. Dat leverde een dubbel probleem op: minder geschikte afgestudeerden, en minder aantrekkelijk onderwijs.

Het regionale bedrijfsleven nam toen een mooie stap: mee-investeren in het onderwijs, onder meer in gebouwen en apparatuur. Daarnaast werden jaarlijkse stages verplicht gesteld. Die studenten hadden na hun studie een baangarantie. Hybride leren en samenwerken met de praktijk is dus één oplossing. Een andere is meer projectonderwijs. Dáár worden jongeren enthousiast van! Bovendien is projectonderwijs een goede manier om nieuwe ‘skills’ aan te leren en flexibel te leren zijn.

Toekomstmakers

Ook in de Greenport juich ik een innige samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven toe. Voor scholen is het momenteel vaak lastig up to date te blijven. Eenmaal aangeschafte apparatuur is vaak binnen de kortste keren achterhaald.

En ook in de vorm zou meer samengewerkt kunnen worden. Niet óf de werkplek óf de school, maar een optimale mix. Dat vraagt flexibiliteit bij ondernemers, onderwijzers en studenten. Ik geloof erin dat op deze manier voor iedereen leren leuk blijft en het beste resultaat zal leveren.

Het onderwijs levert – als het goed is – de Toekomstmakers van Morgen op. Dat is niet alleen een verantwoordelijk van het onderwijs, maar zeker ook van de ondernemers. Zoals een oude schoolmeester in de Greenport vaak zegt: ‘We moeten samenwerken aan de Toekomstmakers van Morgen’. En aan die toekomst werk ik graag mee, u ook?!



Pin It on Pinterest